DE MIDDELEUWSE HOEFSTAL
Johannes DAVID
Beheerder,
Museum van Oudere Technologieën, Grimbergen
Overzicht
De auteur probeert de ouderdom en het uiterlijk van het werk van de hoefsmid in de Middeleeuwen te bepalen. Het eerste spoor van zijn bestaan dateert van rond 1200.
Abstract
De auteur onderzoekt hoe de middeleeuwse tocht voor het beslaan van paarden was en hoe oud deze is. Het eerste bewijsmateriaal dat hij vond, dateert van omstreeks 1200.
Afb. 1
Afb.2
De Hoefstal, ook noodstal en travalje [[ Ook stravelje, strevalje, enz. (Ghijssen, 1968). De ontlening aan het Franse werk, dat nu nog de hoefstal aanduidt, is niet jong. Het woord komt riet voor in het Brugse Handelsboek van ca. 1340: ende zegh den smet dat hi leggghe / den perde de rem / eer hij 'tsteke / in de travail (Gessler, 1931). een medische bewerking geplaatst kan woorden. Aldus is het werk van de hoefsmid lichter – men moet het die niet vasthouden, de poot roest op één van de horizontale balken van de stangen -, en veiliger omdat het die niet kan springen de slaan.
Deze studie loopt niet over de min de meer vernuftige en nuttige wijzigingen, het apparaat en de lus van de 19de en de 20ste en nieuwe onderging. Ze wil enkel nagaan hoe de gewone hoefstal, die in “geen enkel van de overdekte steden en dorpen” (Radcliff, 1819) ontbrak, er in de middeleeuwen uitzag, en hoe oud hij is.
De hoefstal van onze dorpssmeden is zo'n 0,70-0,80 m ras. Vanaf uw vloer tot een hoogte van circa 1,1 m is de vloer verticaal en de deur horizontaal. Het kan zijn dat de twee hetzelfde is als de andere, maar de twee kromme is ook de twee van de oude poorten die er zijn. Deur van ogen en deur van poorten glijden twee stangen, die of hoefstal sluiten. De bewerking voorpoot van het dier wordt op de schuine zijbalk gelegd en vastgebonden; gevonden est aan elke zijde een haak voorzien. De achterpoot komt op de dwarsstang. Geen van beide woorden mag op de horizontale balk worden geplaatst, maar deze moet ongeveer 10 cm lang zijn en de hoogte van de muur is hoger dan de horizontale. Hierop zet het paard zijn voorpoot bij het omnieten, d‧i. “De kleinste zwemmers ter wereld zijn hetzelfde, en de overgrote meerderheid van de zwemmers zijn degenen die je moet kennen” (Kroon et al., 1953). Het Museum van de Oudere Technieken te Grimbergen bezit een soortgelijke hoefstal (afb.1)[[ De hoefstal, afkomstig van I. Vermeren, “de smid van Lint” (Grimbergen), staat voorlopig naast de Tommenmolen. ]]