1978 – nr. 1 – maart

JB QUINTYN (zonedatum) Atlas: geschiedenis van wetenschap en techniek.
Museum van stroomgebieden, Gent. 32 platen
(280 x 430 mm) met een geregistreerde naam van 1300, met zwarte illustraties verkregen door G. Bijn.
De auteur heeft een uniek document, dat handelt over de geschiedenis van de uitvindingen en hun toepassingen. hierin bevindt zich een register van 1300 historisch belangrijke namen, 19 platen die een overzicht geven van de verschillende wetenschappen en technieken geplaatst op een tijdsas, 8 platen die model staan voor etere historische synthesen die de lezer zelf kan maken aan de hand van de riet regionale 19 platen en 5 overall ontwikkelingsbeelden van wetenschap en techniek.

L. Bogaerts


J.-P. BARDOU, J.-J. CHANARON, P. FRIDENSON en JM LAUX (1977) De automobielrevolutie.
Uitgave: Albin Michel, Parijs, 382 p.
Vier auteurs hanteren, op basis van hun respectievelijke opleiding, een drievoudige benadering – historisch, economisch en sociologisch – van het autofenomeen. Ze tonen aan dat de ontwikkeling van deze industrie een ware revolutie is, en omsluiten tussen twee data een typisch patroon van vier fasen in de geschiedenis van elk consumentenproduct: uitvinding, ontwikkeling, uitbreiding, vraag naar vervanging. De eerste datum: 1890, eerste bouwateliers (Franse overheersing; ter herinnering zullen we het belang van België in deze periode van intens technologisch onderzoek benadrukken). De tweede: 1960, met het begin van het besef van de ‘sociale kosten’ van deze wijdverbreide vervoerswijze.
De journalistieke stijl van dit onderzoek zal niet-specialisten op dit gebied in verrukking brengen. Specialisten zullen daarentegen zeker tevreden zijn met de overvloed aan bibliografische informatie. Een paar foto's (zwart-wit) verzameld in het midden van het boek versterken dit interessante werk.

JC Baudet


UNESCO (1977) Wetenschap en technologie in de ontwikkeling van Arabische staten.
Coll. Studies en wetenschappelijke beleidsdocumenten. Nr. 41.
Uitgave: Unesco, Parijs, 333 p.
In augustus 1976 werd in Rabat (Marokko) de Conferentie van Ministers van de Arabische Staten gehouden die verantwoordelijk zijn voor de toepassing van wetenschap en technologie op ontwikkeling: CASTARAB.
Het werk dat we presenteren omvat in het eerste deel het eindrapport en in het tweede deel het belangrijkste werkdocument van de conferentie. Deze teksten zijn zeer belangrijk in zoverre zij het bewustzijn laten zien van een relatief homogene groep ontwikkelingslanden (de belangrijkste verdeling die momenteel gebaseerd is op het al dan niet bestaan van olievoorraden) met betrekking tot de mogelijkheden en vereisten van technologie als een factor van welzijn. wezen.
De algemene conclusies van CASTARAB benadrukken vooral de nauwe banden die moeten worden gecreëerd tussen het onderwijsbeleid enerzijds en het wetenschappelijk en technologisch beleid anderzijds. De afgevaardigden gaven toe dat, ondanks een toename van het aantal studenten dat wetenschap en technologie studeert, de menselijke hulpbronnen die momenteel beschikbaar zijn nog steeds zeer ontoereikend zijn voor de massale toepassing van wetenschap en technologie op ontwikkeling. Merk ook op dat sommige afgevaardigden de noodzaak benadrukten om de Arabische taal geleidelijk in het hoger wetenschappelijk onderwijs te introduceren. Merk ook op dat de noodzaak wordt onderkend om volledige inventarissen op te stellen van het beschikbare wetenschappelijke en technologische potentieel, om zo de gegevens te verschaffen die nodig zijn voor het formuleren van wetenschappelijk en technologisch beleid.
Het is zeker dat specialisten geïnteresseerd zijn in de problemen van overdracht van technologie kan deze verzameling niet verwaarlozen; ze zullen er ook tal van statistische gegevens vinden.

JC Baudet

Zoek op de site

Zoekopdracht